De Blauwe bremraap (Orobanche purpurea) is een 15-60 cm hoge plant uit de bremraapfamilie (Orobanchaceae).
Synoniemen zijn Phelypaea coerulea, Orobanche coerulea en Orobanche arenaria.
De 1,8-3 cm grote bloemkronen zijn aan de voet wit, maar zijn verder donkergeaderd blauw van kleur. De kelk heeft vier lancetvormige tanden en aan de achterzijde een vijfde tand. De bloeitijd loopt van juni tot juli.
De winterknoppen bevinden zich onder de grond. De vrucht is een doosvrucht.
Ze groeit op droge, voedselarme tot matigvoedselrijke grond, die niet tot matig kalkhoudend, en neutrale tot zwak basisch is. In Nederland treffen we haar aan in de duinen, maar ook langs rivierdijken en rivierduintjes. De plant is een parasiet en beschikt niet over chlorofyl. De soort parasiteert op gewoon duizendblad en verschillende alsemsoorten.
Bestuiving vindt plaats door vlinders.
In België staat de soort op de Rode lijst als zeer zeldzaam. In Nederland staat de soort op de rode lijst als zeer zeldzaam en matig in aantal afgenomen.
Het verspreidingsgebied loopt in Europa van Spanje en West-Frankrijk via de Alpen, de Balkan en Oekraïne tot de Kaspische Zee. In Noord-Europa is de soort zeldzaam in Zuid-Engeland, de Benelux, Duitsland en Polen.
(tekst: Wikipedia, foto: TeunSpaans, Wikimedia Commons)