Borstelgras (Nardus stricta) is een vaste plant die behoort tot de grassenfamilie (Poaceae). De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als algemeen voorkomend maar sterk afgenomen. De plant komt van nature voor op het noordelijk halfrond. In Zuid-Holland en Zuid-Limburg is de plant zeer zeldzaam.
Borstelgras groeit in dichte pollen en wordt 10-40 cm hoog. De dunne stengels staan rechtop en zijn meestal alleen aan de voet met bladeren bezet. De borstelvormige, ruwe bladeren zijn grijsgroen. Het drienervige, afgeknotte tongetje is 0,9 mm lang.
De plant bloeit in mei en juni met 3-8 cm lange, groene of paarsachtige aren. De 7-15 mm lange aartjes staan in twee rijen aan één zijde van de as. Het onderste, driehoekige kelkkafje heeft een brede voet dat met de stengel is vergroeid. Het bovenste kelkkafje ontbreekt of is zeer klein. Het onderste, genaalde kroonkafje is 9 mm lang en het bovenste 5 mm. De stempels zijn ongeveer 8 mm lang.
De vrucht is een graanvrucht.
Borstelgras komt voor op arme, droge, zure gronden langs heidepaden en in blauwgrasland, ook wel pijpenstrootjesgrasland genoemd.
Het borstelgras is een kensoort voor de klasse van de heischrale graslanden (Nardetea).
(tekst: Wikipedia, foto: Sarefo, Wikimedia Commons)