Heksenmelk (Euphorbia esula) is een blijvende plant uit de wolfsmelkfamilie (Euphorbiaceae). De plant komt in heel Europa en grote stukken van Azië voor en heeft een voorliefde voor laaggelegen gebieden. In de Verenigde Staten wordt heksenmelk, dat door Europeanen op de prairies werd geïntroduceerd, ervaren als een plaag.
De plant heeft een stevige, vertakte wortelstok waaraan diverse stengeltjes met langwerpige bladeren verschijnen. Hij kan een hoogte bereiken van 30 tot 60 cm. De smal-lancetvormige bladeren zijn 3 - (8) mm breed en 30 – 60 mm lang.
De bloeitijd strekt zich uit van mei tot eind augustus. De planten hebben schijnbloemen, cyathia genaamd (enkelvoud cyathium), die omgeven zijn door geelgroene schutbladen (involucrum). Een cyathium bestaat uit een kopjesvormige bodem, gevormd door twee kelkbladen. Daarbinnen bevindt zich één vrouwelijke bloem, omringd door meerdere mannelijke bloemen die gereduceerd zijn tot één meeldraad. Een aantal honingklieren omgeeft dit geheel.
De vruchten zijn groene, gladde, explosieve driekluizige kluisvruchten met één zaad per kluis.
(tekst: Wikipedia, foto: Fabelfroh, Wikimedia Commons)