De herfsttijloos (Colchicum autumnale, synoniem: Colchicum multiflorum), is een plant uit de herfsttijloosfamilie (Colchicaceae). De soort stamt oorspronkelijk uit West-Azië en het Middellandse Zeegebied, maar komt nu in geheel Europa voor, met uitzondering van het noorden. De plant komt vooral voor in bossen, langs duinpaden en in vochtige weilanden. In Nederland is de soort zeldzaam in het wild en gaat achteruit: de soort staat op de Nederlandse Rode lijst. In Nederland is de plant vanaf 1 januari 2017 niet meer wettelijk beschermd. In België is de herfsttijloos plaatselijk algemeen in het zuiden en zuidoosten, en is zeldzaam in de rest van het land.
De Nederlandse naam slaat op het nog geen bladeren hebben bij de bloei. De plant is giftig, ook voor dieren en mag dan ook niet door dieren gegeten worden. Het is een bolgewas waarvan de bloem lijkt op die van een krokus. De plant bloeit in de herfst, maar de bladeren en vruchten komen pas in het voorjaar tevoorschijn. Herfsttijloos kan gebruikt worden als droogbloeier, wat wil zeggen dat de bol tijdens de bloei geen water opneemt en geen wortels en bladeren vormt.
De bloem heeft drie stijlen en zes meeldraden en onderscheidt zich op deze wijze van de krokus. De stempels zijn gebogen en lopen af op de stijlen. Drie meeldraden zijn hoger geplaatst dan de drie andere.
De meest gekweekte herfsttijloos is de oosterse hybride Colchicum ×byzantinum, die veel meer en grotere bloemen geeft.
(tekst: Wikipedia, foto: Meneerke bloem, Wikimedia Commons)